Leestijd: | 10 oktober 2017
“Je kunt op ieder moment van de dag bidden. Voordat we met de auto op pad gaan, bidden we tot God,” vertellen Michiel en Hanneke Louter. Drie jaar geleden verhuisde dit Nederlandse stel naar Afrika. In Tanzania houden de zendelingen zich namens Wycliffe Bijbelvertalers bezig met Bijbelvertaalwerk. In een interview met het Christelijk Informatie Platform vertellen Michiel en Hanneke over hun ervaringen.
Werken op het zendingsveld in Afrika. Ging voor jullie een droom in vervulling?
Michiel: “Wij zijn niet opgegroeid met het verlangen om naar het buitenland te gaan. Toen we als studenten verkering kregen hoorden we over Wycliffe Bijbelvertalers. Een Wycliffe-medewerker gaf in onze kerk een presentatie. Vervolgens is een proces op gang gekomen waarin we ons verdiepten in het zendingsleven. We spraken met zendelingen over hun ervaringen. In de loop der jaren hebben we daardoor een beter beeld van het zendingswerk gekregen.”
Hanneke: “Toen we bij Wycliffe solliciteerden hebben we ons in verschillende projecten verdiept. Langzamerhand werd duidelijk dat we niet geïsoleerd op een eiland wilden werken. Ook gingen we het liefst aan de slag in teamverband. Toen Wycliffe vervolgens met het idee kwam om naar Tanzania te gaan ervoeren we rust over onze toekomstplannen.” Sinds november 2014 werken ze in het noordwesten van Tanzania. In het gebied wonen ongeveer een miljoen mensen, verdeeld over meer dan tien talen.
Jullie werken op een kantoor waar Bijbelvertalers aan een Bijbelvertaling in 8 verschillende talen werken. Jullie zijn betrokken bij de vertaling in het Kabwa. Wat houdt jullie werk in?
Michiel: “Drie vertalers vanuit de Kabwa-taalgroep doen het vertaalwerk in het Kabwa. Zij kennen immers hun eigen taal zelf het best. Als zij een Bijbelboek hebben afgerond, ga ik, als vertaaladviseur, kritisch door hun vertaling heen. Omdat de vertalers vaak een beperkte kennis hebben van Engels en/of Grieks, is het voor hen moeilijk om bepaalde bronnen te raadplegen. Die bronnen bekijk ik dus. Aan het einde van het vertaalproces beleggen we een plenaire sessie om de vertaling aan te scherpen of bij te stellen. Jakobus en Kolossenzen zijn de meest recent vertaalde Bijbelboeken die we als team hebben afgerond.”
Hanneke: “Voor het Mara-clusterproject beheer ik de financiën. Dat doe ik twee ochtenden in de week. Daarnaast ben ik HR-medewerker voor vertaalprojecten in Oeganda en Tanzania. Dat betekent dat ik veel administratieve taken doe. Ook begeleid ik nieuwe collega’s die onderdeel worden van een van onze projecten in de genoemde landen. Dat doe ik op allerlei gebieden. Van medische zaken tot kinderen die scholing nodig hebben.”
“In Tanzania hebben we geleerd dat je op ieder moment van de dag kunt bidden. Voordat we met de auto op pad gaan, bidden we tot God.”
Jullie zijn heel praktisch bezig. Horen jullie wel eens verhalen over hoe God werkt in Tanzania?
Hanneke: “Vorig jaar werd in het Ikizu-gebied een film over het leven van Jezus vertoond. Eén van de lokale vertalers vertelde vervolgens over een meisje dat werd geteisterd door demonen. Een aanwezige man die zelf geen christen was, zei dat hij vond dat het meisje zich net zo gedroeg als de persoon in de Jezus-film die door Jezus genezen werd. Zij is vervolgens naar een dominee gebracht die voor haar ging bidden. Na dat gebed is zij genezen.” Wycliffe Bijbelvertalers heeft naar aanleiding van dit getuigenis laten weten dat het meisje en haar familie zich nog op dezelfde dag lieten dopen.
“Het is heel mooi wanneer een Bijbelvertaling iemands leven beïnvloedt of iemand tot Jezus komt. Maar soms moeten we ook een stap terug. Mensen moeten vaak eerst enthousiast worden over hun eigen taal. Dat enthousiasme is er niet altijd. Het is mooi als mensen ontdekken hoe bijzonder hun taal is en die kunnen gebruiken om naar de Bijbel te luisteren of die te lezen.” “Een ander aspect is dat mensen soms iets nieuws kunnen leren over wie God is,” voegt Michiel toe. “Voor een gelovige die vaak heeft gehoord dat God vooral gehoorzaamheid vraagt, kan het horen van het Evangelie in zijn eigen taal helpen om meer van Gods genade te ontdekken.”
Is dat een veelvoorkomend issue in Tanzania?
“Regelmatig horen we in de kerk in onze woonplaats de boodschap dat God je zegent wanneer je Hem veel hebt gegeven,” vervolgt Michiel. “Dat wordt ook wel eens welvaartsevangelie genoemd. ‘Als je veel aan de kerk geeft, zal je een mooi huis krijgen.’ Deze prediking lijkt grote invloed te hebben in kerken.”
Wat hebben jullie na drie jaar van de Tanzaniaanse bevolking geleerd?
“Geloofsvertrouwen en ontzag voor God,” antwoordt Michiel. “Je kunt niet alles onder controle houden. Waarom zou je dus niet op ieder moment van de dag bidden!? Ook voor ‘kleine dingen’.” Hanneke herinnert zich een autorit. “Toen we de auto instapten zei de chauffeur voordat we op weg gingen: ‘Het lijkt me goed om nu eerst te bidden.’ Nu doen we het zelf ook. Eigenlijk hebben Tanzanianen ons dus meer leren bidden.”
Dit artikel verscheen onlangs op cip.nl. Meewerken aan het Bijbelvertaalwerk in Tanzania? Dat kan! Bid mee voor Michiel en Hanneke via de Wycliffe Gebedskalender of steun het werk financieel.