Leestijd: | 09 augustus 2016
Albertine Karels schreef een mooie blog over het onderwerp geven en ontvangen. Ze woont samen met haar man Jacob en hun vier zonen in Tanzania.
“Er is een theorie binnen de psychologie, die zegt: bij (intieme, hechte) relaties van mensen is het belangrijk dat er een balans is tussen ‘geven en ontvangen’: Doe ik iets voor jou? Dan doe jij ook iets voor mij. Ben ik nu de gever? Dan wil ik straks graag de ontvanger zijn. Zo blijft de relatie in balans. Maar als jij degene bent die altijd moet geven en de ander ontvangt alleen maar, dan raak je op een gegeven moment opgebrand of uitgeblust. Of er begint iets te kriebelen van binnen. Het voelt niet eerlijk: ik geef jou wat, maar ik krijg niets terug. Laat op z’n minst zien dat je mijn geven waardeert!
Dankbaar
Aan deze theorie moet ik denken nu we weer terug zijn in Tanzania en we terugkijken op ons verlof in Nederland. Wat is er veel om dankbaar op terug te zien. En vooral: wat hebben we ongelooflijk veel ontvangen! Sommige mensen hebben spullen gegeven om ons huis gezellig te maken, anderen hebben geholpen met de schoonmaak. Er was iemand die elke week de heerlijkste bolletjes en croissants kwam brengen van de bakker; mijn moeder deed elke week de strijk. We hebben prachtige boekjes en tijdschriften gehad voor de home-schooling. Iemand zocht en kocht alle jongenskleding voor me. We hadden super-oppas voor onze kinderen. En dan noem ik nu alleen nog maar het zichtbare. Maar daarnaast is er nog zoveel meer gegeven: mensen hebben naar ons geluisterd, meegedacht, gebeden, verteld, gesteund… Geweldig!
Balans
Maar… Nu zit me wel iets dwars. Hoe kan ik nu al die mensen die iets hebben gegeven op een gepaste, persoonlijke manier bedanken? Of even in termen van die theorie: Hoe krijg ik hier de balans terug tussen geven en ontvangen? Hoe ik ook nadenk, ik kom er niet uit. Het gaat me niet lukken om die balans te krijgen. Het kan niet anders of er zijn mensen die meer gegeven hebben dan dat ze hebben ontvangen van ons. En dat vind ik lastig.
Gevoelig
Waarom eigenlijk? Waarom zijn wij mensen daar vaak zo gevoelig voor? Want dat we daar gevoelig voor zijn, heb ik meer dan eens ervaren. Ik heb gemerkt dat mensen het moeilijk of vervelend vinden als ze te weinig waardering krijgen voor hun geven. En dat begrijp ik heel goed. Als ik geef, wil ik op den duur ook graag wat terug ontvangen. Een voorbeeld: Vlak voor ons verlof naar Nederland was ik moe. Niet alleen fysiek, maar ook mentaal. En dat had hier alles mee te maken. Voor mijn gevoel had ik twee jaar lang veel gegeven. Als juf, als moeder, als collega. En ik zocht naar erkenning en waardering. Ik had behoefte aan ‘ontvangen’.
Volle beker
En toen kwam ons verlof. En – om maar met de woorden van David te spreken – mijn beker werd gevuld. Mijn beker vloeide over! Ik kreeg wat ik nodig had. En met deze volle beker ben ik weer terug gegaan naar Tanzania. Met het voornemen om alles wat ik gekregen heb, weer door te geven. Liefde, betrokkenheid, hulp, geld, kleding, aandacht…Iedereen die hieraan heeft bijgedragen wil ik bedanken. En wees er van verzekerd dat het verder reikt dan alleen ons als gezin. Want wat wij hebben ontvangen, geven we weer door naar de mensen die hier op onze weg geplaatst worden.
Dank God
Niet iedereen is er even gevoelig voor om te ontvangen. Dat heb ik ook gemerkt. Er zijn mensen die onbaatzuchtig kunnen geven, geven en nog eens geven. En als je ze bedankt, dan wijzen ze (letterlijk of figuurlijk) omhoog: dank God! Deze mensen bewonder ik. Juist omdat deze houding niet vanzelfsprekend is. Het gaat tegen onze natuur in. Tegelijkertijd is het ook een heel christelijke houding. Misschien is het daarom wel zo moeilijk: Het is een christelijke houding die zelfverloochening vraagt. Ik denk aan de tekst uit Lukas 6: ‘Maar geef aan ieder die iets van u vraagt, en eis niet terug van hem die neemt wat van u is’ (Lukas 6:30).
Gods vrijgevigheid
Een christen geeft niet om er iets voor terug te krijgen. Een christen geeft om daarmee te laten zien wie God is. Dat zegt Mattheüs 5:16: ‘Laat uw licht zo schijnen voor de mensen, dat zij uw goede werken zien en uw Vader, die in de hemelen is, verheerlijken’. Mijn vrijgevigheid wijst dan op Gods vrijgevigheid. En mijn liefde laat dan iets zien van Gods liefde.
Overvloed
Dat is ferme taal, ik weet het. Maar toch geloof ik dat deze wetenschap kan helpen als mijn beker voor mijn gevoel weer leger raakt. Als ik het idee heb dat ik meer geef dan ik ontvang. Dan zeg ik: ‘Heere, ik laat die beker niet vullen door wat ik van anderen krijg. Ik laat hem door U vullen’. En dan kan ik er van verzekerd zijn dat mijn beker vol wordt. Overvloeit. Want bij God is een fontein van liefde. Van vreugde. En die fontein droogt nooit op. David, je hebt gelijk: ‘Wij worden verzadigd met de overvloed van Uw huis. U laat ons drinken uit Uw beek vol verrukkelijke gaven. Want bij U is de bron van het leven. In Uw licht zien wij het licht’ (Psalm 36: 9, 10).”
Deze blog is met toestemming overgenomen van de weblog van veldmedewerkers Jacob en Albertine Karels. Doneren voor hun werk? Dat kan via hun persoonlijke pagina.