Leestijd: | 16 januari 2019
Ik weet niet hoe het bij u is, maar als ik thuis in onze boekenkast kijk zie ik daar een hele rij Bijbels. Niet twee of drie, maar meer. De aloude Statenvertaling, de NBG van ’51, de Nieuwe Bijbelvertaling, maar ook de Mannenbijbel en de jongerenbijbel staan bij ons in de kast. Herkenbaar?
Het zal u niet zijn ontgaan: deze maanden staan we stil bij ‘400 jaar Dordt’. In 1618 gaf de Nationale Synode van Dordrecht de opdracht om de Bijbel te vertalen naar het Nederlands, gebaseerd op de Hebreeuwse en Griekse grondtekst. De kosten van de vertaling kwam op rekening van de Staten Generaal en bijna twintig jaar later was de Statenvertaling een feit. Intussen zijn er vele Nederlandse vertalingen gevolgd.
Wereldwijd zijn er enorm veel mensen die nog geen Bijbel hebben in hun eigen taal. Zij wonen vaak in gesloten landen of in gebieden die moeilijk toegankelijk zijn. Het verlangen naar een vertaling van de Bijbel is in deze landen groot. Dat God wonderlijke wegen gaat om Zijn Woord te vertalen leest u in Wycliffe Nieuws. Vluchteling Reza komt uit het westen van Azië, en vindt onderdak in Duitsland. Daar komt hij tot geloof en wordt daarna ingeschakeld voor het Bijbelvertaalwerk in zijn eigen taal.
Kijkend naar onze boekenkast vraag ik mij af hoeveel miljoenen wij in Nederland hebben uitgegeven om al die Bijbels te vertalen. Wat zou het mooi zijn als we deze miljoenen ook besteden aan hen die nog geen enkel Bijbelboek in hun taal hebben. Met hetzelfde doel als 400 jaar geleden: dat ieder mens toegang krijgt tot het Woord van God!
Bram van Grootheest
Steun het Bijbelvertaalwerk!
Deze column van Wycliffe-directeur Bram van Grootheest verscheen onlangs in Wycliffe Nieuws. Meewerken aan het Bijbelvertaalwerk? Dat kan! Bid mee via de Wycliffe Gebedskalender of steun het werk financieel.